zondag 9 augustus 2009

Pegarwesi.

In Bali is altijd wel wat te doen… Het dagelijks leven is er namelijk doorspekt met rituelen en ceremonies. De lokale vorm van hindoeïsme is beinvloed door het animisme en daar dankt het zijn bijzondere vorm aan. Goden, zielen en voorouders moeten allemaal tevreden gehouden worden. Offers zien er daarom altijd mooi uit: een compositie van in elk geval bloemen en rijst, maar je kunt ook ongewonere zaken verwachten. Fruit, crackers, snoepjes en sigaretten kom je eveneens vaak tegen! Dit alles wordt gepresenteerd op een palmblad. Vooral Balinese vrouwen moeten het er maar druk mee hebben want je ziet de kleine kunstwerkjes letterlijk overal: niet alleen op altaars maar voor elke ingang en zelfs op straat.

Ik was dan ook niet echt verbaasd afgelopen week plotseling een wildvreemde vrouw in mijn tuin te zien rondlopen. Ze kwam offers op onze huisaltaars brengen ter ere van het feest van Pagerwesi. Goden en voorouders worden die dag gevraagd om bescherming tegen kwade krachten. Vertaald betekent het "ijzeren hek". Na de ritueel maakte ze een babbeltje. Ze bleek de echtgenote van de huisbaas te zijn, die ons al met veel hand- en spandiensten bij heeft gestaan. Het is helemaal niet erg de offerwaren naderhand voor praktischere doeleinden te gebruiken, want ze bood me er wat fruit en ander lekkernijen van aan.

Aanvankelijk liep ik heel omzichtig om de offerstukjes heen. Maar omdat je ze soms ook midden op een stoep of straat tegenkomt, merkte ik al gauw dat dit geen teken van disrespect is. Een van mijn nieuwe vriendjes, die me regelmatig in mijn tuin op komt zoeken, liet me zien dat de natuur gewoon zijn gang moet gaan. En zo is het goed.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten